In Winterswijk is de beschikbaarheid van grondwater beperkt, waardoor beregening voor de meeste bedrijven geen optie is. Snijmaïs, het meest geteelde voedergewas, is daardoor een risicovolle keuze gebleken in de droge jaren van de afgelopen vijf jaar. Een alternatief dat steeds meer aandacht krijgt, is graan.
Graan is meer dan een rustgewas
Graan is niet alleen een geschikt rustgewas, maar ook minder gevoelig voor droogte omdat het vroeg wordt geoogst. Toch ervaren veel telers tegenvallende opbrengsten als ze voor het eerst graan telen. Zoals een deelnemer treffend aangaf: “Meer dan een generatie heeft geen graan meer geteeld, terwijl het vroeger gemeengoed was. We zijn het verleerd.”
Het herintroduceren van graan wordt bemoeilijkt door een gebrek aan kennis en begeleiding in de periferie van de sector. Dit komt doordat het areaal beperkt is en de marges van graan relatief laag zijn. In andere landen, zoals Duitsland en Frankrijk, waar pachtprijzen lager liggen, blijven granenteelten echter belangrijk. Innovatieve hybride graansoorten bieden daarom ook in Nederland kansen om de teelt nieuw leven in te blazen.
Binnen het project zijn de volgende praktische vragen onderzocht:
- Hoe kan een rustgewas graan met beperkte input een zo hoog mogelijke opbrengst opleveren?
- Welke invloed heeft ziektebestrijding op de opbrengst van verschillende graansoorten op zandgrond?
- Wat is de invloed van bemesting op zowel de opbrengst als de ziektegevoeligheid van graan?
- Welke (winter-)graansoort biedt de meeste opbrengstzekerheid op zandgrond voor extensieve en intensieve teelt?
- Welk teeltregime resulteert in het beste financiële saldo?
De resultaten van deze praktijkproef bieden waardevolle inzichten voor zowel extensieve als intensieve bedrijven. Met deze kennis hopen we de teelt van graan financieel aantrekkelijker te maken en een diverser en robuuster bouwplan te realiseren. Dit is niet alleen voordelig voor de boeren, maar draagt ook bij aan een natuurinclusieve landbouw.
Meer weten?