Korenbloem Tarwe Liggend

Workshopserie van start: “Bodemgezondheid verbeteren in de Achterhoek”

De eerste bijeenkomst van de workshops "Bodemgezondheid verbeteren in de Achterhoek" is geweest. Het was een geslaagde eerste bijeenkomst, die de mensen heel inspirerend vonden en waarbij ook de deelnemers waardevolle input leverden. In dit artikel lees je een verslag hiervan.

Een gezonde bodem levert voedingsstoffen en water aan planten, onderdrukt ziektes, en voert effectief water af bij regenval. In de praktijk is het echter lang niet altijd gemakkelijk om de gezondheid van bodems te waarborgen, of zelfs te verbeteren. Zeker niet in een land waarin we veel verschillende eisen stellen aan een relatief klein grondoppervlak, waardoor de grenzen van multifunctioneel bodemgebruik steeds merkbaarder worden. Zo goed als alle Europese landen hebben te maken met een dergelijke afweging van belangen en functies, en staan voor de uitdaging om alle bodems in gezonde staat te krijgen voor 2050. Het Europese SOLO project inventariseert daarom welke kennis er in de praktijk nodig is om de bodemgezondheid te verbeteren, om de financiering van toekomstig onderzoek hierop aan te passen. Regionalisering van deze bodemonderzoeksagenda is essentieel om toekomstige projecten effectief aan te laten sluiten op lokale omstandigheden.

Bodemgezondheid in de Achterhoek: wat is het belangrijkst?

In kader van het SOLO project ging op 10 september de workshopserie “Bodemgezondheid verbeteren in de Achterhoek” van start op Agro-innovatiecentrum de Marke. Een diverse groep van boeren, overheidsinstanties en industrie kwam bij elkaar om de 3 belangrijkste thema’s rondom bodemgezondheid te bepalen voor de Achterhoek, en deze verder uit te diepen. Aan de ene kant werd nagedacht welke diensten van de bodem het belangrijkst waren voor de bodem, aan de andere kant werden bredere maatschappelijke thema’s besproken die indirect de bodemgezondheid beïnvloeden. Na een stickerronde gevolgd door een discussie werd bepaald dat voor de Achterhoek een divers en gezond bodemleven het belangrijkste thema was, nauw gevolgd door het maatschappelijk bewustzijn omtrent bodems. Een goede bodemstructuur met weinig verdichting en erosie kreeg de derde plek.

Verdiepen van de belangrijkste thema’s omtrent bodemgezondheid

De eerste 2 thema’s werden in bredere maatschappelijke context besproken via een wetenschappelijk gespreksmodel, om meer grip te krijgen op de causale relaties tussen mens en natuur. Een uitwerking van dit model voor het thema ‘bodemleven’ is bijvoorbeeld dat mest met een te hoog gehalte aan ammoniak, nitraat en/of verontreinigingen van bijv. medicijnresten het bodemleven kan schaden. Hierdoor is het bodemleven minder in staat voedingsstoffen uit mest vrij te maken voor planten, en kunnen planten en dieren vervolgens vatbaarder worden voor ziekten. Mogelijke oplossingen kunnen vervolgens ingrijpen op verschillende kanten van deze cyclus, bijvoorbeeld door de mestkwaliteit te verbeteren door de eiwitinname van vee te verminderen, of het medicijngebruik te verminderen door bijv. graaslocaties van vee meer te roteren. Maar de oplossingen kunnen ook in het bredere maatschappelijke domein liggen, zoals het verhogen van het bewustzijn dat gezonde bodems voor gezonde voeding, en dus gezonde mensen zorgen.

Maatschappelijke projecten die werden voorgesteld waren het verbinden van consumenten met de regio door bijvoorbeeld ‘gebiedsdeals’ te ontwikkelen, of het implementeren van innovatieve verdienmodellen. Dit soort oplossingen kunnen ervoor zorgen dat meer boeren kunnen of durven te gaan pionieren met natuurinclusieve beheerspraktijken, en dat de kans wordt verhoogd dat boeren deze transitiefase economisch overleven.

Ook kwam het belang van meer kennisuitwisseling vaak naar voren, tussen boeren onderling, maar ook tussen boeren en onafhankelijke experts. Living labs, of het verbinden van inspirerende voorbeeldboeren (“lighthouses”) werden als voorbeelden genoemd. De workshoporganisatoren probeerden ook een steentje bij te dragen aan de kennisuitwisseling tussen wetenschap en praktijk door af te sluiten met een lezing over bodem organische stof door een bodemonderzoeker van het NIOO-KNAW. Hierin werd de actuele kennis besproken over welke vormen van organische stof er in de bodem zijn, en hoe dit ervoor zorgt dat het beheer voor koolstofvastlegging of het ecologisch sturen van bepaalde bodemfuncties niet eenduidig is.

We kijken terug op een mooie en inspirerende bijeenkomst, waarin onderwerpen van veel kanten werden belicht en kennisvragen vanuit de praktijk zijn aangedragen. De volgende bijeenkomst zal worden gepland rond februari 2025, en zal voortbouwen op de opgedane kennis van deze bijeenkomst. Heb je interesse om voor het vervolg van deze workshopserie aan te sluiten, dan kun je je aanmelden bij Guusje Koorneef via g.koorneef@nioo.knaw.nl